2 Samuel 1:13

SVVoorts zeide David tot den jongen, die hem de boodschap gebracht had: Van waar zijt gij? En hij zeide: Ik ben de zoon van een vreemden man, van een Amalekiet.
WLCוַיֹּ֣אמֶר דָּוִ֗ד אֶל־הַנַּ֙עַר֙ הַמַּגִּ֣יד לֹ֔ו אֵ֥י מִזֶּ֖ה אָ֑תָּה וַיֹּ֕אמֶר בֶּן־אִ֛ישׁ גֵּ֥ר עֲמָלֵקִ֖י אָנֹֽכִי׃
Trans.wayyō’mer dāwiḏ ’el-hanna‘ar hammagîḏ lwō ’ê mizzeh ’ātâ wayyō’mer ben-’îš gēr ‘ămālēqî ’ānōḵî:

Algemeen

Zie ook: Amalek, David (koning)

Aantekeningen

Voorts zeide David tot den jongen, die hem de boodschap gebracht had: Van waar zijt gij? En hij zeide: Ik ben de zoon van een vreemden man, van een Amalekiet.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֣אמֶר

Voorts zeide

דָּוִ֗ד

David

אֶל־

tot

הַ

-

נַּ֙עַר֙

den jongen

הַ

-

מַּגִּ֣יד

die hem de boodschap gebracht had

ל֔

-

וֹ

-

אֵ֥י

waar

מִ

-

זֶּ֖ה

-

אָ֑תָּה

zijt gij

וַ

-

יֹּ֕אמֶר

En hij zeide

בֶּן־

ben de zoon

אִ֛ישׁ

man

גֵּ֥ר

van een vreemden

עֲמָלֵקִ֖י

van een Amalekiet

אָנֹֽכִי

Ik


Voorts zeide David tot den jongen, die hem de boodschap gebracht had: Van waar zijt gij? En hij zeide: Ik ben de zoon van een vreemden man, van een Amalekiet.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!